Cookies
Om de beleving op onze website beter te maken, maken we gebruik van cookies. Door op ‘Alle cookies toestaan’ te klikken, ga je akkoord met de plaatsing en gebruik van cookies via New Heroes. Je leest er meer over in ons privacy- en cookiebeleid.
Met deze tips hou je de beste presentatie #2
Een presentatie ... menig mens wordt al onrustig en zenuwachtig bij alleen de gedachte eraan. Maar eigenlijk is dit helemaal niet nodig. Want presenteren valt te leren. Speciaal voor jou zetten we de belangrijkste presentatietips op een rij in een drieluik. In dit artikel lees je tips over een goede opbouw van je presentatie. En hoe je om kan gaan met interactie en vragen uit het publiek, zodat je opbouw niet zomaar in de war wordt geschopt.
De opbouw: kop, romp en staart
Waarschijnlijk krijg je na jouw slotzin-en-stilte een applaus. Als dat niet komt, dan kun je na deze pauze het publiek bedanken. Hierna pauzeer je weer even en vervolgens vraag je het publiek of er nog vragen zijn. Op deze manier klinkt jouw presentatie als een klassieke symfonie die ook eindigt met duidelijk herkenbare slotakkoorden.
Mis nooit meer iets van New Heroes! Volg ons op LinkedIn en meld je aan voor onze nieuwsbrief.
Hoe reageer ik op vragen uit het publiek?
Wanneer iemand tijdens een presentatie zijn hand opsteekt met een vraag, gebeurt het vaak dat de spreker daar meteen op reageert. Dit is jammer, omdat de presentatie abrupt wordt onderbroken. De spreker wordt dan helemaal uit zijn verhaal gerukt en ook het publiek moet de focus weer verleggen. Het is veel beter om de vragensteller een knikje te geven (dat je ‘m gezien hebt) of om te zeggen “een momentje”. Dan maak je je zin of verhaal af tot een punt, waarop het jou schikt om op de vraag in te gaan. Na het afronden van je zin of alinea, zorg je ervoor dat je duidelijk een ‘punt’ laat klinken. Je houdt daarna een paar seconden stilte aan en richt je dan tot de vragensteller “u had een vraag?”. Zo houd je zelf de touwtjes in handen.
Als spreker is het ook slim om onderscheid te maken tussen ‘vragen ter verduidelijking’ en discussievragen. Je kunt dan aan het begin van een presentatie aangeven, dat verduidelijkingsvragen tussendoor gesteld mogen worden. Anders loop je het risico dat mensen afhaken, omdat ze het niet meer snappen. De discussievragen laat je het publiek tot het einde parkeren. Als je hier op in zou gaan tijdens je presentatie, dan dwaal jij zelf – en het publiek – te ver af van je verhaal.
Benieuwd naar meer tips over presenteren? Lees dan snel deel 3.